Afsluiting Materialen voor de Toekomst
Op donderdag 20 februari hebben we 'Materialen voor de Toekomst' feestelijk bij ons afgesloten in het Designhuis. De vijf projecten presenteerden welke kennis ze uit het traject hebben kunnen halen en wisselden kennis uit. Daarnaast vond er een kleine expositie plaats van de vijf projecten en hun onderzoek/werk.
Eind 2018 gingen we van start met dit project binnen het Programma Creatieve Industrie en werden er vijf projecten gehonoreerd. De open call die eraan vooraf ging riep ontwerpers, studio’s en werkplaatsen op om hun project/experiment/vraag rondom materiaalgebruik door middel van deze open call verder te ontwikkelen. Zowel nieuwe toepassingen of technieken met bestaande materialen, experiment met nieuwe vormen van materialen (bijvoorbeeld bio-based, recycling, et cetera), maar ook bewustwording in het gebruik (zowel door professionals als eindgebruikers) van deze nieuwe materialen konden toegepast worden. De vijf gehonoreerde projecten leggen uit wat ze gedaan hebben in de afgelopen tijd en wat ze te weten zijn gekomen over de materialen/technieken die ze gebruikt hebben.
1. Atelier to the Bone
Atelier to the Bone, Kirstie van Noort en Alissa + Nienke, verzameld in creatief collectief NUL ZES werkten samen met Dura Vermeer om samen met partners uit de bouw een onderzoek te starten naar (her)gebruik van restmaterialen uit de bouw. Het doel van het onderzoek was om een duurzame relatie te tot stand te brengen tussen creatieve industrie en gevestigde bedrijven. Vanuit drie verschillende invalshoeken, met de ruwe grondstof, de vorm en het oppervlak als startpunt, worden reststromen onderzocht. Ze vertellen dat ze van de vele plastic restmaterialen uit de bouw die ze verzameld hadden, het grootste gedeelte uit LDPE bestaat. Met dat materiaal is men vervolgens verder gaan experimenteren over wat de mogelijkheden zijn. Samen met o.a. Dave Hakkens van Precious Plastic is het materiaal geperst en zijn er nieuwe vormen van gemaakt. Daarnaast hebben ze een expositie gemaakt van de materialen tijdens de Dutch Design Week. In de toekomst zijn ze van plan om verder onderzoek te doen naar het materiaal en de relatie met de bouwpartijen uit te breiden, om te kijken of de verduurzaming van de materialen een vast gegeven kan worden.
2. Tom Veeger - Mycelium Paviljoen
In de bouw wordt er nog beperkt gebruik gemaakt van biobased materialen, terwijl deze materialen een schone toekomst bieden zonder negatieve gevolgen op het gebied van klimaatverandering. Mycelium is zo'n materiaal dat bestaat uit kleine schimmeldraden in een compact netwerk waaruit normaliter paddenstoelen kunnen ontstaan. Bij het inactief maken van de schimmels is het materiaal dat overblijft een compacte netwerk van mycelium wat extreem licht en tegelijkertijd erg sterk is: een combinatie met ongekende mogelijkheden voor de bouw. Tom Veeger bouwde een lab in het Van Abbehuis en deed samen met vele studenten onderzoek naar het materiaal met als einddoel een paviljoen te bouwen. Dat paviljoen is helaas (nog) niet gelukt, maar de kennis over het materiaal is tijdens het uitgebreide onderzoek enorm vergroot en de mogelijkheden zijn beter in kaart gebracht. In de toekomst wordt er verder gekeken naar toepassingen van het materiaal en worden samenwerkingen voortgezet met verschillende partijen die dankzij dit project tot stand zijn gekomen.
3. Beeldenstorm/Daglicht
Beeldenstorm/Daglicht is een werkplaats die kunstenaars, ontwerpers en architecten faciliteert en ondersteunt bij onderzoek en experiment met verschillende materialen en technieken. Dankzij Materialen voor de Toekomst heeft men de werkplaats kunnen optimaliseren, waarbij nieuwe materiaal technieken zijn gebruikt en middelen zijn aangeschaft, waaronder nieuwe ovens. Beeldenstorm heeft duurzame samenwerkingen opgezet met: Glaslab Den Bosch, Nederlands Steendrukmuseum in Valkenswaard, Design Academy Eindhoven en het van Abbemuseum in Eindhoven. Met het Nederlands Steendrukmuseum is men bijvoorbeeld het project Lithografie XXL gestart. Een experimenteel traject waarbij drie kunstenaars zowel in het atelier van het Nederlands Steendrukmuseum als in de grafische werkplaats van Beeldenstorm/Daglicht aan de slag zijn gegaan onder begeleiding van meesterdrukker Gertjan Forrer. Daarnaast heeft men veel gewerkt met glas en keramiek en is daar de kennis tevens van vergroot binnen de werkplaats. De samenwerkingen die gestart zijn zullen in de toekomst voor meer gezamenlijke projecten zorgen.
4. Lasting Leather LAB - Material Sense LAB
De leer afvalstroom is groot, het probleem is complex, en illustratief voor meerdere leerverwerking industrieën. Zo ontstond een nieuw onderzoeksproject waar de koppeling gemaakt wordt met materiaalontwerpers en onderzoekers om mogelijkheden te onderzoeken. De onderzoeksvraag luidde: Kunnen leer reststromen circulair ingezet gaan worden als nieuw materiaal, om verwerkt te worden tot hoogwaardige nieuwe producten met een verhoogde impact? Material Sense LAB ging naar een fabrikant van een de grootste Europese fabrikanten van autoleer en onderzocht daar van alles over het materiaal. Ze zetten stappen om met de fabrikanten duurzamer te werk te gaan en brachten nieuwe duurzame ideeën naar voren. In de toekomst wil men de samenwerking verstevigen, producten samen realiseren, een platform opzetten voor meerdere duurzame oplossingen voor leer en bredere partners vinden.
5. Bio^Mi
Bio^Mi pakt het deze middag anders aan. In plaats van alleen te vertellen wat ze onderzoeken willen ze vooral laten zien wat Biomimicry is: leren van de 3,8 miljard jaar research en development kennis van de natuur. De partij richt zich op het onderzoeken van natuurlijke Nano structuren van Eindhovense Inheemse flora en het in kaart brengen van de technische eigenschappen van die structuren. Door deze structuren te documenteren, uit te vergroten en visueel te maken door ze te 3D-printen maken bedrijven, ontwerpers en onderwijs kennis met het bestaan en het toepassingsgebied van deze structuren. Centraal hierin staat hoe met de kennis van de natuur nieuwe duurzame materialen kunnen worden ontwikkeld. Tijdens het project is men een breed onderzoek gestart in samenwerking met opleidingen van verschillende niveaus. Daarbij heeft men een toolbox ontwikkeld met 4 tot 6 ge-3D-printe structuren welke beschikbaar wordt gemaakt voor onderwijs en bedrijfsleven.